
Drie vluchten, in totaal 11 uur vliegen. Het is 1 u ‘s nachts, van woensdag op donderdag wanneer we landen. De luchthaven is verlaten, we hopen snel onze bagage te zien. De ‘dozenstress’ komt op, daar ontkomen we niet aan.
Na een tussenstop in Reykjavik (IJsland) en Toronto ( Canada) komen we aan in de provincie Nova Scotia, de meest oostelijke provincie van Canada.
Het is een steeds terugkerend gevoel wanneer we in een luchthaven staan te wachten op onze fietsdozen, gaan ze erbij zijn?
Meestal komt even later de kalmte terug, zodra de kartonnen dozen, die al vaak gediend hebben, vanachter de rubberen flappen op de transportband tevoorschijn komen. Deze keer is het anders, ze komen niet, enkel onze zwarte reiskoffer, die is er wel. De stress gaat deze keer dus niet weg. We zijn moe, het is al bijna 2 u in de ochtend.
Dawn, een vriendelijke dame van Westjet, toont me hoe ik via een ‘app’ mijn ‘lost bagage’ moet ingeven zodat Westjet ze kan lokaliseren. We leren ook dat de luchthaven van Toronto grote problemen kent en dat dat waarschijnlijk de reden is waarom de dozen er niet zijn. Meestal komt binnen de 24 a 48 de verloren bagage terecht troost ze ons.
Eens uit de luchthaven staan er amper nog taxi’s, we nemen de laatste. Mochten onze dozen er wel geweest zijn hadden we een ander probleem gehad. Het is 10 km naar het hotel en een minibusje of grote taxi was er niet meer…….een geluk bij een ongeluk….?
De nachtwaker van het hotel checked ons in, we willen slapen en zo snel mogelijk. Onze biologische klok is vijf uur verder, ons ‘lichaam’ denkt dat het 7 u in de ochtend is, we voelen ons gekookt, welkom jetlag…..