Colorado-Utah-New Mexico 2010

Madrid – Albuquerque

Onze laatste fietsdag vandaag, al om 7 u verlaten we Madrid. Iets mindere dan 1 km “out of town” ontbijten we bij twee cowboy’s die in een “platen kot” een café openhouden. We eten “french toast” , dat is wat wij kennen als gewonnen brood.

Het zijn twee vijftigers, echte cowboy’s, enkel het paard ontbreekt.

Ze vertrouwen ons toe, dat Madrid de “marihuana hoofdstad van New Mexico is…en euh…… “dat zeggen we normaal nooit tegen toeristen”….

In Madrid kent iedereen elkaar, er is geen politie, nooit grote problemen…alle de sherrif uit een nabijgelegen dorp komt soms eens langs. Het grootste deel van de bevolking bestaat uit hippies. Er komen ook veel motorrijders langs, vooral in ’t weekend.
Tegen acht uur zijn we op weg, eerst een stevige klim om Madrid uit te komen, nadien glooiend, schitterend weertje, alles zit mee….
Na negen uur, zien we de eerste moto’s passeren, het zullen er tientallen zijn eer we in ABQ zijn.

Onderweg stoppen we om nog wat extra te ontbijten, we zijn al meer dan halfweg, ’t is 35 graden ondertussen.

Het “Turquoise trail’, of de “de 14”, zoals de weg heet loopt op ze’n einde naarmate we ABQ naderen, het laatste stuk rijden we op de legendarische “route 66”, inde verte zien we de stad liggen, we dalen naar 1600 meter, en deze ochtend waren we nog op 2300 meter.
Via Central av. rijden we de stad binnen. De B&B waar we afspraak hebben is enkel één zijstraatje hiervandaan. Het is nog geen 14 u, we zijn er al…..die laatste rit ging snel.


We eindigen onze fietsvakantie met 1012 km op de teller.
De eigenaar van de B&B is ook een fietser, zijn zoon ook, maar zijn vrouw niet echt. Onze tandem spreekt hen aan, ze doen er een testritje mee.
Nadien demonteer in de tandem en gaat hij de doos in.

Chimayo – Madrid

Ontbijten kan hier in Chimayo pas om 8.30 u , veel te laat voor ons, we zijn al onderweg om 7 u. Langs rustige glooiende wegen rijden naar een onvermijdelijke drukke weg die met een ruime boog langs Santa Fe brengt, ons eerste plan om in Santa Fe te logeren volgen we niet, anders geraken we nooit tijdig in ABQ. De wind blaast, hoe kan anders…..op kop…..;) Ten zuiden van Santa Fe komen op “de 14” da’s de oude weg naar ABQ, ook Turquoise trail genoemd. De weg loopt evenwijdig met de Interstate 25, de autostrade zeg maar. Ons einddoel is “Madrid” , de klein dorpje waar de tijd stil is blijven staan. We vinden een kelderappartement, het is van een koppeltje die een souvenierswinkel hebben. Er zijn veel toeristen in het dorp, en talloze kunstgalerijtjes. Het oogt allemaal cowboy en hippieachtig. Tegen de avond geen toeristen meer te zien.Niet veel later nog eens ” a good old summerstorm” .We eten in de locale tent, we zien er figuren die tot de verbeelding spreken, allen mensen van hier, ’t is hier zaterdagavond,hun avondje uit…

Taos – Chimayo

Nog drie dagen om in Albuquerque te geraken, een dikke 200 km. Er zijn twee routes, een vlakke, zeer drukke weg, en een rustige mooie weg met een paar “collekes” onderweg, we gaan voor het laatste.
Voor 7 u zitten we al aan het ontbijt, er zit een jongeman aan de tafel naast ons.
En vrij jonge gast, hij spreekt ons aan, hij ziet dat we fietsers zijn, niet aan onze benen, maar aan onze koersbroek vermoeden we.

Zoals altijd als je met Amerikanen kennismaakt, weten we na 10 minuten de helft van zijn leven….hij is hier voor een maand, herstellende van een operatie, deed vroeger triatlons, heeft in Dallas een ontwenningskliniek voor rijke mensen, en zijn nieuwste passie is zijn Porsche Turbo.Is ooit al in Belgie geweest, kent het Atomium en weet dat wij mayonaise op onze frieten doen…….(schaterlacht wanneer hij dit laatste verteld)

’t Is “nen echten” , zeggen ze bij ons….
Jammer dat je vertrekt zegt hij, anders gingen we eens een leuke rit doen met de Porsche.
Wanneer we buiten onze tandem aan het “laden” zijn, komt hij aangereden met zijn spierwit kanon.
Ik neem een paar foto’s en hij wil me persé in zijn auto krijgen, al was het maar voor 2 minuten, om eens te laten voelen hoeveel kracht zijn monster heeft.
We staan wel klaar om te vertrekken, maar ik wil niet onbeleefd zijn en stap toch in voor een zeer kort ritje, aldus hijzelf.
’t Is nog vroeg, dus er is geen verkeer, na het uitrijden van de parking, draaien we de rustige kant van Toas op….even verder zet hij “het kot open”, niet te doen hoe dat ding optrekt, mijn ontbijt stijgt 20 cm…..hij doet wel niet gevaarlijk, even verder draait hij terug richting B&B, en geeft nog eens plankgas. Zijn auto is getuned naar 600 pk zegt hij, ik geloof het 100 %…, 600 pk op mijn bijna nuchtere maag, dat heeft wel effect….;)
Nadien geeft hij ons zijn adres, wanneer we ooit Dallas zijn, mogen we bij hem gaan logeren…..American hospitality …!

Met veel minder pk’s rijden we met de tandem de parking af op weg naar onze volgende bestemming….
Na een paar km drukke weg, slaan we linksaf richting Chimayo.

Een gans eind op en af, dan het colleke, nadien nog veel op en af, plat is er nooit bij.
De laatste 15 km zijn wel bergaf….
We eindigen met 80 km en 1000 hoogtemeters, aan het Hacienda de Chimayo, een toffe B&B.

Er rechtover een goed restaurant, veel meer is hier niet te beleven.
Een rustige namiddag, beentjes laten herstellen van het klimwerk.

Chama – Taos

Vandaag willen we tot in Taos geraken, er is maar 1 probleem, het is ongeveer 150 km, dus te ver om in 1 dag te fietsen,’t is te zeggen mét onze bagage ( alles samen 35 kg),  en onderweg, ergens halverwege is er trouwens geen slaapgelegenheid, eigenlijk is er niets, gewoon natuur.

Bijkomstig, maar niet onbelangrijk, er moet een bergkse overwonnen, de “ske” mag eraf, want te top ligt op meer dan 3000 meter, da’s 1000 meter hoger dan Chama, waar logeerden.

De bazin van de B&B vind het geen probleem om ons naar de top van de bergpas te brengen, onze tandem past zonder problemen in haar GMC Suburban, een dikke Jeep met een kofferruimte, de grootte van een doorsnee studentenkot in Gent…;)

Doris zie je bijna niet zitten op de achterbank. Na het “self made breakfast” van de vriendelijke Mary, zijn we op weg, en rond 10 staan we 50 km en 1000 meter hoger om da afdaling aan te vatten, nog gauw een “fotoke”, en we zijn weg.

We bevinden ons in een vallei geeft Mary nog mee, dus hier en daar een klimmetje mogen we nog verwachten, en ze heeft gelijk ook.
Na 50 km, ergens halverwege, komen we aan in Tres Piedras, een “ghost town” blijkt, want er is geen levende ziel te bespeuren.

Op een kruispunt met een andere weg, staat een moderne cowboy, ttz, dikke Jeep, enorme aanhangwagen met gezadeld paard erin. Aan hem vragen we waar we ergens water en iets te eten kunnen vinden….hij glimlacht, nergens in een straal van 50 km zegt hij.
Ik kan je wel water geven zegt hij, wat we met veel dank aannemen. Nog 1 reep en twee koeken hebben we, hiermee zullen we moeten redden tot in Taos.

Nog 50 km te gaan, en volgt eerst een kaarsrechte weg, van meer dan 30 km, in een enorme vlakte, er is weinig verkeer, en als er al eens een auto langsrijd, is het heel voorzichtig….zotte chauffeurs zien we hier zelden. Eén bocht op km 30 en nog een bocht op km 40 en in de verte ziet we Taos liggen.

Gelukkig zakken we constant, want met terug al wind op kop zou het een zwaar ritje geweest zijn. Ons gemiddelde van 23 per uur, bewijst dat we veel meer bergaf dan bergop gereden hebben. Na bijna 100km,  en bij een staalblauwe skyline komen we aan in Taos, een zeer gezellig dorp in New Mexico.

Taos is gekend om zijn talrijke kunstgalerijen, het ademt Mexicaanse invloeden, de huizen, de mensen , alles.

Op aanraden van Jim uit Durango logeren in een zeer toffe B&B, Casa Benavides.

Pagosa Springs – Chama (NM)

Voor acht uur zitten we in alweer een lekkere bakkerij, verse ciabatta broodjes te eten.

We verlaten Colorado en fietsen naar Chama, da’s een kleine dorpje in New Mexico, 80 km verderop.

Een niet zo moeilijke tocht op papier, maar met onze bagage is elke tocht zwoegen. Plat is hier onbekend, ’t is altijd op of af.

Ongeveer halfweg eten we onze overblijvende ciabatta’s op in Chromo, ik dacht dat dit een dorp zou zijn, maar ’t was 1 hangaar, met benzinestation, en een winkeltje waar je enkele levensmiddelen kon kopen. Da’s meteen het enige wat we onderweg zien, naast hier en daar een ranch.

Eens in Chama zoeken we iets te eten, er is niet veel keuze, piepklein dorpje. Bij het visitor’s center gaan we info vragen over de B&B die hier zijn, het zijn er maar twee, we kiezen de tofste er uit. Een vriendelijke dame, Mary laat ons haar kamers zien, perfect, we blijven.

Niet veel later giet het alweer bakken water, summer storm….we kennen het al.

Durango-Pagosa Springs

Om acht uur verlaten we de  woning van Jim en JM., nog even een foto en we zijn op weg.

Ontbijten deden we er niet, alleen een tas koffie, ze tonen ons de weg naar “Bread”, een lekkere bakkerij hier vlakbij.
Daar slaan we onze voorraad in voor de dag, buiten drinken een paar mannen koffie, die geven ons nog wat tips om veilig tot in Pagosa Springs, onze volgende bestemming te geraken.

We doen een kleine omweg waardoor de drukke 160 een stuk kunnen ontwijken. Hiervoor moeten we wel een klim van 6 km overwinnen, we kunnen niet alles hebben. Na 40 km komen we dan toch op de 160 in Bayfield. Aan het tankstation tanken we water, we kunnen verder voor nog een 65 km, lang de soms té drukke 160.
De wind hebben we mee vandaag, ’t mag eens meevallen ook…;)
Halverwege komen we aan soort cafe, ’t is meer een natuurwinkeltje, ze serveren lekkere, gezonde kost…meer moet dat niet zijn.

De laatste 10 km ontsnappen we niet aan een “summer storm”, al gauw zijn we kletsnat, maar ’t is niet ver meer nu, dus we rijden door tot in het centrum van Pagosa Springs, en zoeken een hotelletje.

Mesa Verde-Durango

We verlaten Moab op vier wielen, door het oponthoud  zijn we genoodzaakt ons een eind te laten voeren tot in het Mesa Verde National Park. Mesa Verde is de plaats waar de overblijfselen van de Anasasi Indianen gevonden werden. We fietsen, na drie dagen, terug met onze tandem, naar de sites. Een afdaling van 6 km, brengt ons naar de eerste ” view points”, we bevinden ons op 2000 meter. Die Indianen leefden in uitgeholde rotswand de waar ze hele dorpen in bouwden.

Van Mesa Verde fietsen we naar Durango een 85 km westwaarts.
Na een klim van 7 km en een afdaling van 15 km komen we aan de hoofdweg, de 160.
Fietsers rijden hier altijd op de pechstrook, het verkeer “weet” dat, en zot verkeer is er niet..
Alleen soms hebben we pech, dan is er geen of bijna geen strook om pech op te hebben, dan razen de auto’s soms wel heel dicht voorbij.


Een 25 km voor Durango, stoppen we bij een restaurant dat ons aanbevolen werd door een dame uit een bio voedingswinkel waar we even halt hielden een eind terug.
Wanneer we onze fiets parkeren naast het terras merk ik dat een niet echt jong koppel interesse heeft in onze tandem.
Terwijl we onze helm uitdoen, onze kleine fietstas van de tandem nemen, komt de man naar ons toe, en vraagt ons hoe en wat etc.
Al snel vraagt hij of we al een slaapplaats hebben in Durango, waarop we nee schudden.
Hij nodigt ons uit bij hen te logeren, ……wij verbaast, euhhh…. aja…. dat zou super zijn.
Hij geeft ons zijn adres, welke ik in mijn gps zet, en na een hapje te hebben gegeten, zijn we op weg naar ons onbekende hotel voor deze nacht. Onderweg nog wel een lekke band gehad, maar al snel komen we aan in Durango, het is ondertussen zachtjes beginnen te regenen.

Het is een huis in “Santa Fe ,pueblo”stijl, beetje Mexicaans zeg maar.

Langs de buitenkant vrij onopvallend, maar binnen één grote kunstverzameling, heel tof ingericht. Ze tonen ons de logeerkamer waar het bed uit de muur geklapt word, we hebben onze eigen badkamer en toilet, echt tof!  Waar hebben we dit verdient denken we. Jim is een spoedarts op rust, ’t is te zeggen, hij werkt nog drie dagen per maand. Zomaar vreemden uitnodigen, je moet het maar doen….
We passeren in de namiddag nog langs een fietsenwinkel, open op zondag (!) waar ik een nieuwe achterband laat monteren.
We gaan met hen een hapje eten in downtown Durango, wanneer we buiten komen een hevig onweer, dat zijn we hier al gewoon ondertussen.

Wachten is plezant…..

…….als je toevallig in Moab “panne” hebt. Hier in het mekka van het mtb gebeuren is het makkelijk een fiets te huren, er zijn talrijke fietswinkels. Ik profiteer ervan een Giant HT 29′ mtb te huren, hier in de USA zijn de grotere wielen, eigen aan een 29′ al goed ingeburgerd. Doris rijd de komende twee dagen op een fully van Giant, wel met “normale” 26′ wielen.
We doen een paar mtb trials, en fietsen naar Dead Horse point, één van de vele trekpleisters Moab.

Moab, Slick Rock trail

Leadville is achter de rug, wel nog niet uit onze benen. We verlaten Colorado en fietsen naar Moab, in de staat Utah, hier kunnen we niet weerstaan aan het Slick Rock mtb trail, één der meest gekende mtb trails in de wereld. Ons plezier wel maar van korte duur, we “verslikken” ons letterlijk op het parcours, ttz, we overbelasten onze Rohloff naaf, de interne veiligheidspinnetjes doen hun werk en voorkomen zware beschadiging. Hierdoor kunnen we wel niet meer verder fietsen. Gelukkig is het bergaf om terug in Moab geraken.