vrijdag 21 juni
35 km – 650 hm
Onze laatste volledige dag spenderen we in Kigali. Met fietsgids Jean verkennen we een deel van de stad. Ik had eerder al wat gesurfd naar ‘fietsen in Kigali, maar dokter Google wist weinig te vertellen hierover. Ondertussen weet ik denk ik hoe dit komt. Fietsen is hier ‘teen en tander’, op de schaal van op en neer behaald Kigali zeker een topscore. We wanen ons in een Europese stad, alles is hier supermodern en extreem proper, geen papiertje op de grond. Aan de overheersende kleur van de bevolking merkt je dat je in Africa bent. De eerste bestemming van de dag is het ‘Kigali genocide memorial museum’. Terwijl Jean op onze fiets past bezoek wij het museum. Echt blij wordt je hier niet maar het is wel iets dat je moét bezocht/ gezien hebben. Veel confronterender is een paar kilometer verder het ‘Belgian Peacekeepers Memorial’. Dit een monument ter nagedachtenis van de 10 vermoorde Belgische blauwhelmen op 7 april 1994. Het monument bevind zich op de plaats waar het allemaal gebeurde! Het kleine gebouw waar ze zich verschansten en waar ze vermoord werden staat er onaangeroerd mét de kogelgaten nog in de muren. Binnen wordt alles chronologisch nog eens uitgelegd. ( meer info over de genocide en de blauwhelmen ; http://www.paracommando.com/history.php?naoorlogs.rwanda )
Nadien gaan met Jean een koffie drinken en ronden we na een bezoekje aan de fietswinkel waar hij werkt onze fietsdag af. Onze benen hebben er even genoeg van…
Donderdag 20 juni
Een niet te vermijden transferdag vandaag, met de fietsen op het dak verplaatsen we ons naar Kigali. Volgens de gids ongeveer 4 u rijden maar met ‘this is Africa’ in gedachten zijn we redelijk sceptisch. Om 7 u zijn we al onderweg, da’s alvast een goeie start. Om 12 u zouden we er moeten zijn en gegeten hebben want rond die tijd hebben we afspraak met een ‘nieuwe’ gids/ fietser uit Kigali, die ons de mooiste plekjes van de stad zal laten zien. Vandaag nemen we afscheid van onze Ugandese gidsen. Het is wel een beetje anders uitgedraaid. Onze chauffeur Robert, heeft zich van weg vergist, eer we het goed en wel beseffen zijn we een enorme omweg aan het maken, door het Nyungwe national park. Mooi, dat wel, maar geen meter vlak en duizenden bochten die hij aan 40 km/u afmaalt. Het wordt een rampritje. Dat hij was ‘vergeten’ te tanken kwam er nog bij. In een dorp zonder benzinestation en het rode lampje dat aangaf dat het meer dan tijd was om te tanken kregen we het warm en koud tegelijk. Gelukkig is er in Africa voor alles een oplossing, iemand had toch een bidon met 25 liter benzine, we waren gered. In Butare, een grote stad te zuiden van Kigali nog eens verkeerd gereden, het was ons dagje niet. Afijn, om 16.30 waren we eindlijk bij het hotel, zo’n 4 uur later dan voorzien. De Kigali fietstocht zal voor morgen zijn, we hebben gelukkig nog een extra dag. We nemen hier afscheid van Robert en Gerard, ze hebben hun best gedaan de afgelopen weken, hier en daar was het wel een beetje T.I.A.
Woensdag 19 juni
56 km – 1200 hm
Laatste dag langs het Kivumeer, de eerste 8 km is nog onverhard, de rest gaan we over asfalt. ‘Rwanda, het land de duizend heuvels’ wordt nogal eens gezegd, het klopt 100%. Of-road klimmen is veel koeler, dat is zeker. Over het asfalt voelen we de hitte letterlijk uit de grond komen, op de middag halen we vlot 30°C. Sinds we in Rwanda zijn hebben we gans de tijd al mooi weer gehad, de bijna constante bewolking in Uganda zien we hier niet. We zien vaak uitgestrekte rijstvelden, we wanen ons bij momenten in Azie. Verrast zijn we ondertussen niet snel meer maar wanneer we een fietser zien die een grote matras achterop zijn bagagedrager meeneemt of een andere met een meer dood dan levend varken die ons in een afdaling voorbij stuift, dat blijft toch euh….apart. Gaia zou hier niet makkelijk voet aan de grond krijgen….
dinsdag 18 juni
30 km – 790 hm
Een onvoorziene ‘rustdag’, al kan fietsen in Rwanda nooit echt rusten zijn door de opeenvolging van de vele heuvels. Het was voorzien dat we naar een theeplantage hoog in de bergen zouden fietsen, een klim van 35 km, maar het bijhorende guesthouse veranderde sinds kort van eigenaar en is tijdelijk gesloten. Een kortere rit van 30 km over asfalt was een mooi alternatief, hier haalden we toch nog bijna 800 hoogtemeters. Onderweg werden we door een groepje wielertoeristen voorbij gereden op één van vele klimmetjes. Het is een rit uit de Tour of Rwanda die we vandaag deels fietsen. Voor de derde dag op rij logeren we aan het Kivumeer in Gishyta.
maandag 17 juni
64 km – 1480 hm
Afgelopen nacht heeft het stevig geonweerd, benieuwd of het zullen merken aan den ondergrond straks, eens we onderweg zijn. De tweede dag langs het Kivumeer wordt even uitdagend als gisteren zegt Gerard onze gids. Hij is hier voor de vierde keer, hij weet wat er voor ons ligt, ‘vandaag is mijn favoriete stuk van het parcours’ zegt hij. Al van bij het hotel stijgen we 200 meter op iets meer dan 1 km, da’s serieus bergop, de losse stenen van gisteren liggen er nog steeds. Deze strook is tekenend voor eerste deel, de eerste 30 van 64 km. De zon is in goeie doen, het zal een warme dag worden. Vandaag fietsen we vaak op single tracks, het parcours is totaal anders dan gisteren, mooier en vooral minder dikke stenen. We hadden vooraf geen idee welk parcours we gingen hier in Rwanda zouden krijgen maar 1 ding is zeker, het is veel technischer dan we verwacht hadden. Een stevige mountainbike is een must. Onze tandem is hierop wel voorzien maar ik had toch beter een verende vork gemonteerd blijkt achteraf. We fietsen langs veel pittoreske plaatsjes die vragen om een foto. Ook vandaag langs verschillende koffieplantages waar koffiebonen gefermenteerd worden. Nadien worden ze in de zon te drogen gelegd. In de dorpjes die we langsrijden is meestel geen elektriciteit, een koel drankje zit er niet in. Massa’s kinderen zien we, die ook vandaag zonder uitzondering heel enthousiast reageren wanneer we langsrijden. Voor een foto zijn ze soms te verlegen maar Gerard stelt hen dan gerust dat wij ‘goeie muzungus’ zijn. Na 30 km en 900 hoogtemeters is het tijd voor het lunchpakket dat we deze ochtend meekregen. Gebakken, zoete bananen met frietjes en kip met groenten, dit alles stond al vier uur in het busje, maar honger is de beste saus ! Vanaf hier gaan we nog 34 km over asfalt, het off-road gedeelte stopt hier, het zou te laat worden anders. We deden bijna 4 uur over de eerste 30 km, fotostops inbegrepen, dat zegt veel over de zwaarte van het parcours. Logies vinden we vandaag in Kibuye, opnieuw bij het meer in heel schilderachtige huisjes die ze ‘Rwiza Village’ gedoopt hebben.
Zondag 16 juni
Vandaag fietsen we de eerste dag op het officiële Conge Nile Trail, genaamd naar de bergketen, niet naar het land of de rivier. Deze route is 227km lang en loopt langs het Kivu meer. De route is gekend bij fietsers en wandelaars en geeft een mooie indruk waarom Rwanda het land van de duizend heuvels genoemd wordt. De afgelegen route is het toneel voor de mooie panoramische kustlijn lang het meer, we fietsen langs thee en koffieplantages en door afgelegen dorpjes waar we getuige zijn van het dagelijks (over)leven. Het is zondag en zien opnieuw dat vooral de vrouwen hun mooiste kleed aangetrokken hebben om naar de kerk te gaan. We stappen onderweg een kerk binnen waar op een groot podium het locale kerkkoor het beste van zichzelf gaf, wel tof om eens mee te maken. Bij het herstellen van een lekke band kunnen we ons onmogelijk eenzaam voelen, meteen staan er 10 kinderen rond ons. Met enkele van hen maak ik een klein ritje achter op de tandem. Amper 40 km stond vandaag op het programma, ik dacht gisteren, da’s een wandelingetje maar ik durf dit vandaag niet meer herhalen. Het is zwaar door het vele klimwerk maar nog meer door de ruwe rotsige ondergrond. Ons zweet loopt langs alle kanten naar beneden. We logeren in Kinunu, vlakbij het meer.
zaterdag 15 juni 85 km – 950 hm
Het Kivumeer, ik ken het enkel van op tv wanneer Rudi Vrankx het er over heeft, dat is onze bestemming van vandaag.Het is een van de meren in het Grote Merengebied in Afrika, gelegen op de grens van Rwanda met Congo–Kinshasa. De Europeanen ontdekten het Kivumeer, als laatste van de grote Afrikaanse meren, pas in 1894: de Duitse Gustav Adolf von Götzen aanschouwde het meer op 2 mei van dat jaar.
Vanuit Musanze brengt een geleidelijke klim van 25 km ons naar 2350 meter. Het is bewolkt en 13 graden op de top, voor het eerst doen we onze windstopper aan. We zijn nooit alleen onderweg , de vele fietstaxi’s rijden vaak naast en met ons mee. Ze filmen ons vanop hun fiets maar ook voorbijrijdende brommers of auto’s halen hun telefoon boven om ons te vereeuwigen. We ondervinden, nu we verder het land infietsen, dat de mensen vriendelijker zijn. Maar net als in Uganda blijft onze tandem een ongeziene rariteit. Eens op het hoogste punt komt de beloning van al dat klimwerk, een afdaling van 35 km. Zonder amper mee te trappen rijden we makkelijk 60km/u en meer. Het asfalt is breed en biljartvlak. In Gisenyi zien we het Kivumeer voor het eerst. Het is er echt toeristisch, een strand met ligzetels, we komen even in een anderen wereld. In de tuin van het Kivu Lake Hotel eten we een broodje. In dit hotel zien we veel Muzungus, bleekhuiden maar ook zwarten die mooie/ dure kleding dragen. Nadien fietsen we even naar de grenspost met Congo, we kijken uit op de grenspost in Goma, een grensstad van 600.000 inwoners. Een drukte van jewelste, we blijven er maar even, er staan heel snel tientallen mensen rond ons, we zijn hier de enigen die niet bruin zien. Onze hotel, waar we in een overdekte tent slapen ligt nog 1 stevige klim en 8 km verderop. We kijken uit op het meer, het is echt schilderachtig. In onze tent is 1 stopcontact, dat ik genoeg om al onze digitale spullen op te laden. We krijgen elk een kuip warm water, want de waterleiding is stuk, T.I.A.= this is Africa 😉
Vrijdag 14 juni
84 km – 1350 hm
We blijven in Musanze en doen uitdagend ritje naar de Twin Lakes, Lake Burera and Lake Ruhondo. We flirten heel de tijd met de 2000 meter grens, we zijn al bijna twee weken op hoogtestage. De uitzichten zijn vergelijkbaar met de Ugandese maar de mensen zijn ‘anders’. De kinderen zijn extreem uitgelaten en lopen mee de berg op. Ze zeggen meestal ‘good morning’ en dit gans de dag door. Regelmatig roepen ze ook stoerweg ‘give me money’ , dan staan er meestal andere kinderen bij. De volwassenen zijn veel introverter dan de Ugandezen. Een verrassing is het niet, we wisten dat ze gereserveerder zijn. Het parcours was wel de moeite maar de ondergrond was heel ruw, (te)veel stenen. Terug in de stad aangekomen eten en drinken we bij een restaurant met de naam ‘Le petit Bruxelles’. Er zat nog een ‘bleek vel’, het bleek een Limburger te zijn die verhuist is naar Rwanda en een firma heeft opgericht die naar goud gaat zoeken hier in de streek. Hij is overtuigd dat dat gaat lukken. ‘s Avonds eten we opnieuw in een Belgisch restaurant maar de patron was er niet. Het zou iemand uit het Pajottenland zijn, zijn restaurant heer ‘La Paillotte’, het was lekker maar veel te veel, de kip zal morgen als lunch dienen. Naast ons zit een koppeltje waar we mee aan de praat geraken. Zij een 24 jarige Rwandese, hij een Brit van ongeveer dezelfde leeftijd. Ze verhuizen binnenkort naar Birmingham waar ze hun leven gaan uitbouwen. Dat meisje gaat nog verschieten in het koude Engeland. We hebben veel bijgeleerd over de Rwandese gewoontes, de mensen en veel ditjes en datjes. We hebben meteen een andere kijk op de verlegen Rwandezen.