We worden wakker in brousse door honderden dierengeluiden die als wekker fungeren. Niemand werd verscheurd door een luipaard of vertrappelt door een olifant. Al om 6 u zitten we terug in de jeep, en verkennen we de dezelfde rivier maar nu bij zonsopgang. Terug veel dieren, we zien oa de nijlpaarden eens ‘voluit’. Meestal en ook gisteren lagen ze voor 90 % in het water. Ondanks hun imposante lichaam zou je denken, dit zijn geen watjes, maar toch, ze verbranden heel snel onder de Afrikaanse zon. Zich insmeren zoals de olifanten doen lukt niet, door hun korte pootjes wellicht. De olifanten besmeuren / bedekken zichzelf met modder, die ze met hun slurf naar achter slingeren. Rond acht uur zitten we terug op de hobbelweg waar we niet aan ontsnappen om terug tot op de kampplaats te geraken. Een ‘Afrikaanse massage’ heet die weg hier. In totaal meer dan 100 km. Onze nek doet zeer van ons te ‘corrigeren’. We hebben er wel iets moeten voor over hebben, da’s een feit. Eens terug in het kamp staan de tenten er al. Wijlen hiejl content. Nog meer om blij van te worden is dat er ondertussen lekkere hamburgers op ons staan te wachten. En het is nog niet gedaan voor vandaag, we gaan straks de lucht in ! Met 9 van de groep gaan we een vlucht van 45 minuten doen over de Okavonga delta, dat is het ruimere gebied waar we gisteren en ook deze ochtend al een deeltje van bezochten maar dan vanuit de lucht, we zullen in totaal 145 km vliegen. Inchecken is zo gebeurd, we moeten even wachten eer zo ons komen halen. Doris en vliegen zal nooit een happy story worden, ook deze keer niet. Eens ze ons komen halen staan we op 2 minuten voor het vliegtuigje, waar we met vijf personen exclusief piloot inkunnen. We hebben net geen schoenaantrekker nodig om er allen in te geraken, zo klein is da spel. Het woord beenruimte, heeft ineens een andere betekenis, hier steken onze knieën net niet in onze neus. Eerst stelt de piloot zich kort voor, wij zijn voor de hem de laatste groep die hij richting hemel zal loodsen, hij is al van deze ochtend 8 u bezig. Eens we er goed en wil inzitten rollen de tranen bij Doris, of het van schrik dan wel van blijdschap is laat ik in het midden. Wij twee zitten op de achterste rij van 3, het is zo smal en ik moet me uitrekken om deftig door het kleine venstertje te kunnen kijken. De ruitenwassers zijn op verlof denk ik. Hoe zeer ik er tegen vecht overvalt met ineens een claustrofobisch gevoel. De deur openen gaat niet, dat gaat enkel vanop de tweede rij, ik hang dus af van de Duitser die voor me zit, ik zeg er niets van en stoerweg adem ik een paar keer diep in en uit. Eens op de landingsbaan geeft de piloot gas, en een paar honderd meter verder zijn we al ‘airborne’. We zijn direct op ons gemak, er is wel veel lawaai binnenin, zodat we meer met elkaar roepen dan praten. De isolatie kan beter. Dat vanuit de lucht is alles mooier is, dat weten we van de koersen tjiis op tv. Maar Africa vanuit de lucht is wel écht de moeite, we zijn blij dat we hier zitten en niet aan het zwembad. De 45 minuten waren zo voorbij. Elke dag maken we hier wel iéts mee dat nieuw is !